Kethel Spaland-uit is als voetballen tegen Ankie van Grunsven in een Tesla
Kethel Spaland-uit. Altijd lastig.
Om te beginnen: probeer die club maar eens te vinden. Je moet dus – I kid you not – bovenóp de A4 van Schiedam naar Den Haag zijn. Als je op Google Maps naar Kethel Spaland rijdt, eindig je in een tunnel waar je eenmaal in Delft pas weer uit kan. Dan komt je halve team dus te laat en begin je zonder warming up of wisselspelers aan de eerste helft. Niet ideaal.
Vervolgens kom je in een soort zalencentrum terecht. Als je per ongeluk een verkeerde gang inloopt sta je in de wachtkamer van een fysiotherapeut, loop je een balletstudio in of hol je een handbalveld op. Kleedkamer 1 zit naast kleedkamer 16 en je telefoon heeft er geen bereik. De voetbalwedstrijden speel je bovenop het dak van een parkeergarage.
Kijk, aan de mensen ligt het niet. Allemaal lieve Schiedammers, die op zondagavond met een bord op schoot het Sportjournaal willen kijken voordat maandagochtend de week weer begint. In de grapevine klinken nog verhalen over het Kethel Spaland van weleer. Een prachtige volksclub. Iedere zaterdag en zondag feest. De trots van het Zwarte Nazareth, met een naam die klinkt als een goede fles jenever. Wat wil je nog meer?
Ze zijn er nog wel, die lieve Schiedammers. De jongens die ons uiteindelijk het juiste veld aanwezen. De oudeheer die ons de thee in de kleedkamer had klaargezet. De vrouw die van achter een enorme bar drie koffieautomaten met drukknop tegelijk bedient. Het zijn allemaal bloedtoppers.
Maar het is juist dát er drie koffieautomaten tegelijk staan, zodat niemand echt lang op zijn beurt hoeft te wachten. Het is die bar zelf, waarop een dikke laag plastic fineer geplakt is, zodat-ie lekker makkelijk schoon te houden is. Het is dat handbalveld naast het voetbalveld naast de buitenschoolse opvang, zodat ouders maar naar één plek hoeven te rijden en direct onder het veld kunnen parkeren. Het is allemaal zo vreselijk praktisch. Vooruitgang ten koste van de sfeer.
Het is een beetje als Lex Immers op kunstgras. Als Ankie van Grunsven in een Tesla. Als Jan-Peter Balkenende op Hyves. Het is Bruce Springsteen in AFAS Live. Het is dubbelvla. Het is wodka van Ketel 1. Het is extra vers bier van Heineken (met zo’n achterlijke papieren wikkel er omheen). Het is een voorgedraaide joint kopen in de coffeeshop. Het is Ben Affleck als Batman.
Het is een reden om op onze blote knietjes dankbaar te wezen dat Steeds Hooger die ellende bespaard is gebleven.
(Needless te say: we hebben met 5-1 verloren. Een man of the match wijzen we maar niet aan, niemand onttrok zich aan de malaise. Het bleek een bekerwedstrijd, dus de road naar San Siro loopt hiermee dood. De vraag is nu vooral hoe hier in de competitie op gaan reageren.)